Totaal aantal pageviews

dinsdag 15 september 2020

Zout

'Weet jij misschien waar ik het zout kan vinden?', vroeg ik aan de supermarkt-medewerkster die ik, toen ik nét een vierde ronde wilde starten, tegen het lijf liep.

'U zoekt zout? Wat voor zout?'
Ik begreep de vraag niet helemaal.
'Wat je in je mond doet en waarvan je dan zegt: goh, wat zout.' 
Ze moest lachen. 

'Keukenzout?'
'Ja, zoiets. Met dertig graden op de klok hoef ik vandaag de stoep niet te strooien. Maar hoezo? Zout is toch zout?'
'Dat had u gedacht. Wacht u maar, dan pak ik het even voor u.' 

Ik wilde nog zeggen dat ik het heel vriendelijk van haar vond, maar ze was al onderweg.  

'Kijkt u eens, zout.' Ze overhandigde een busje en wilde weglopen.
'Wacht even', riep ik. Ik hoef alleen zout.'
'Dit is zout, meneer', zei ze. Ze nam het busje over en las met haar vinger over het potje halend  het tekstje hardop voor: 'Keukenzout.' 

Ze keek me glimlachend aan.

'Jawel, dat klopt maar we hebben zelf thuis al een zoutvaatje.'
'Een zoutvaatje?', vroeg ze. 
'Ja die hebben we met ons trouwen gekregen. Er zit een schroefdekseltje op met gaatjes in de vorm van de letter "S"'
'Een "S"? Geen "Z"?', vroeg ze.
'Hoezo?'
'Zout begint met de letter "Z", toch?'
'Ons busje niet. Die heeft een "S". 

'Hij heeft ook een zusterpotje. Die heeft een "P". De "P" van potje.'
'Dat moet dan voor peper zijn', raadde ze.
'Nee, want we hebben een pepermolen. Met korreltjes. Die zijn te groot. Die passen niet door de "P".'

'Hoe groot zijn de gaatjes van de "S"?', vroeg ze.
'Hoezo?', vroeg ik.
'Dan zou ik toch dit potje nemen en uw "S" potje dan vullen met suiker. Dat is een stuk duidelijker.'

Ik hou van meedenkende mensen.

Bart.


Geen opmerkingen:

Een reactie posten