Totaal aantal pageviews

donderdag 29 februari 2024

Recht

‘Kun je even aan de kant?’, vroeg Truus toen ze met de aardappelbak de keuken in liep.
‘Welke kant?’, vroeg ik. ‘Ik sta tegen het aanrecht, jij staat achter mij dus kan ik alleen naar links of rechts.’
‘Gewoon opzouten. En een beetje snel!’
‘Is er iets aan de hand of zo? Is de kat dood?’
‘Je staat in de wèhèèg!!!! Toe nou Bart!’

Ik nam een besluit en deed een stap naar rechts.

‘Ja, dat is dus verkeerd. Ik moet bij de pannen. Je staat nu precies voor het deurtje.’
‘Dan ga ik naar links’, riep ik terwijl ik een stap naar links zette.
‘En dat is de besteklade. Man, ga alsjeblieft naar de kamer.’
‘Ik heb ook recht’, protesteerde ik.
‘Nu even niet. Wegwezen!’

Mokkend liep ik de kamer in.

‘Wat eten we eigenlijk?’, vroeg ik richting keuken.
‘Iets met aardappels. Vandaar die bak.’
‘O, gaan we “Van Goghje” spelen?’
‘Hoe bedoel je?’, vroeg de keuken.
‘Aardappeleters. Schilderij.’
‘Kan’, riep ze terug.
‘Maar als je niks te doen hebt…’
‘Ja, zeker aardappels schillen’, veronderstelde ik. 
‘Nee, je mag een pannetje afwassen.’
‘Daarvoor hebben we een afwasmachine.’
‘Die is nog niet vol. Dat mag niet van jou.’
‘Wat niet?’
‘De machine aanzetten als hij niet vol is, dus…’
‘Helaas Truus, je zult het echt zelf moeten doen.’
‘O, is het te min voor meneer!?’
‘Nee, het is je eigen schuld. Je hebt vijf minuten geleden mijn recht ingetrokken.’

Bart

Geen opmerkingen:

Een reactie posten